Puno is voor ons de eerste stad in Peru, We zijn om een uur of zeven vertrokken met de bus vertrokken uit :La Paz en na een rustige rit in Puno aangekomen. De grensovergang is een verhaal apart. Je staat eerst een drie kwartier in de rij om Bolivia uit te komen. En dan nog een kwartier om Peru in te komen. Dit gaat gepaard met het invullen van, voor ons twee, 5 formulieren. Als je mij vraagt gaat dat zo het archief in, maar goed je moet ze wel eerst invullen. Nadat iedereen uit de bus de grens is gepasseerd zijn we na 1,5 uur weer op pad. Het kan erger wachtijden van 3 uur zijn ook mogelijk.

Jaarlijks zijn er eind januari, begin februari grote dansfeesten in Puno, La Candelaria genaamd. We vallen met onze neus in de boter, we zijn er de zondag dat de volksdansen van allerlei groepen uit de regio worden getoond. Het begint in de morgen om 7 uur en gaat door tot diep in de avond. Na het optrden in het stadion trekken de groepen door de hoofdstraat en laten hun dansen daar nogmaals zien. Het valt op dat zo'n groep uit jong en oud bestaat, het gaat allemaal niet zo tegelijk en naarmate de dag vordert lijken ze ook meer tipsie. Dat komt de sfeer ten goede. Karin wordt een paar keer uitgenodigd om mee te doen, wat de mensen erg leuk vinden, zo te merken.

De kleiding van de mensen is kleurrijk, maar op deze zondag, wel elk jaar hetzelfde. Je kunt aan de kleiding herkennen waar ze vanaan komen, voor het geval je vaandel hebt gemist. Het zijn soms ook grote groepen dansers en muzikanten, van tot wel 300 personen per groep ( het hele dorp zal wel meedoen).

Puno ligt aan het hoogst bevaarbare meer ter wereld, Het Titicacameer ligt op 3.812 meter hoogte. In de ochtend nog best wel frisjes, maar het is een dichte boot, dus prima te doen.Na een half uur komen we bij een eilandje aan. Er wordt gerouleerd welk eiland wordt aangedaan, zodat de hele gemeenschap van de touristen kan profiteren. 

De president van het eiland ontvangt ons, een baantje wat rouleerd onder de families op het eilandje, elk jaar is er een ander aan de beurt. We kunnen de hutjes bekijken, de toren beklimmen en voor 10 sol met de boot mee, om het eiland heenvaren. Een aantal kleine kinderen klimt ook mee aan boord en zingen in allerlei talen liedjes. Alleen zit er geen nederlands nummer in hun repertoire. Vader jacob in het engels mag dan ook wel.

Even wat weetjes, bevallen gebeurt gewoon op de eilanden, ze hebben er vroedvoruwen. De kinderen doen de lagere school op een school op een van de eilanden. Eerst in hun eigen taal, de hogere klassen in het spaans. Voor het vervolgonderwijs moeten ze naar het vaste land.
Een eiland gaat ongeveer 30 jaar mee. Nadat het is gemaakt van riet en touw moet het maandelijks worden onderhouden met nieuwe rietlagen, die er bovenop worden gelegd. Na 30 jaar stinkt het verrotte riet aan de onderkant zo erg dat het niet meer langer gaat.
De eilanden drijven, dus worden ze ook wel eens verplaatst b.v. na een plek waar meer vis is te vangen. Of b.v. als twee mensen van verschillende eilanden met elkaar trouwen worden deze eilanden naast elkaar gelegd, zodat je meer ruimte hebt voor het huwelijksfeest.
De klein bodschap mag in het water, maar voor de grote boodschap gaan je met je bootje naar een eiland verderop waar een WC is. De inhoud van het toilet wordt regelmatig afgevoerd naar het vasteland, teminste dat vertelde de gids.